Women at War
Deel 1: De WAAC (1942-1943)
van 1942 t/m 1945. Ze ontving de Army Distinguished Service Medal voor haar inzet tijdens WO2.
Er werd besloten dat de WAACs vooral eenvoudige en meer traditionele vrouwelijke beroepen gingen uitvoeren bij de U.S. Army zoals administratief medewerker, chauffeur, kok, bakker, postmedewerker, stenograaf, en medisch assistent. Ze kregen geen gelijke militaire rechten, gelijke rangen, of gelijk loon. Dit werd benadrukt door het woord ‘Auxiliary’ in de naam van het korps: de vrouwen werden slechts als hulp gezien en niet als volwaardige militairen. De basiseisen voor de WAACs waren dat ze tussen de 21 en 44 jaar moesten zijn, goede gezondheid moesten hebben, getrouwd of alleenstaand waren, zeker 2 aanbevelingen hadden van professionals, het Amerikaanse staatsburgerschap moesten hebben, geen kinderen onder de 14 jaar hadden, en minimaal 2 jaar ‘high school’ hadden voltooid.
|
|
Wel kregen WAACs bijna dezelfde basistraining. Deze duurde 4 weken en bestond uit o.a. kaartlezen, militaire etiquette en gebruiken, gymnastiek en sport, militaire geheimhouding, en lessen over hoe de U.S. Army in elkaar stak. Vrouwen die geen bruikbare vooropleiding of baan hadden gehad, of die zich juist in een specifiek beroep gingen specialiseren kregen vervolgens nog 5-12 weken extra training. De lengte hing af van het beroep. Specialistenopleidingen waren bijvoorbeeld de opleidingen voor kok, fotografisch laborant, tandarts assistent, medisch laborant, en chauffeur/monteur gemotoriseerd transport. Na 3 maanden diensttijd kon een WAAC zich opgeven voor de officiersopleiding. Als ze toegelaten werd op de ‘Officer’s Candidate School’ duurde haar extra training zo’n 12 weken.
|
|
|
Een originele afbeelding met alle WAAC insignes. Deze waren allemaal goud-kleurig |
|
|
|
|
Algerije, Noord-Afrika, 1943).
De eerste WAACs in Europa arriveerden op 15 februari 1943 in Engeland. Het waren twee WAACs officiers die als ‘telephone supervisor’ en ‘assistant to the 8th Air Force’ dienden. Op 11 mei 1943 kwam een vooruit gestuurde groep WAACs aan in Schotland om het VK voor te bereiden op een grote groep WAACs uit de VS. Deze grote groep kwam aan op 16 juli 1943 in Engeland. Het was de First WAAC Separate Battalion onder leiding van Captain Mary A. Hallaren, en deze bestond uit 557 enlisted vrouwen en 19 officieren. Zij werden allemaal aan de 8th Air Force toegewezen.
De eerste WAACs in Europa meren aan in een haven in Schotland (11 mei 1943). | |
De eerste WAACs in Europa worden begroet door een militaire doedelzakband bij aankomst in Schotland (11 mei 1943). |
Ondanks alle tegenstanders van de WAAC, zowel bij de oprichting als tijdens de ontwikkeling, hadden de WAACs zich niet uit het veld laten slaan. Onvoorwaardelijke steun van degenen die in het begin het plan al hadden gesteund was altijd aanwezig. Tijdens een grote lastercampagne in 1943 waarbij geclaimd werd dat alle WAACs prostituees, lesbiennes, en mannen-stelers zouden zijn, kregen de vrouwen publiekelijk steun van onder andere Secretary of War Henry Stimson die deze roddels als totale onzin verklaarde: “sinister rumors aimed at destroying the reputation of the WAAC are absolutely and completely false.”
Het bleek dus dat de vrouwen van de Women’s Army Auxiliary Corps meer dan hun mannetje stonden als ‘hulpmilitairen’ bij de U.S. Army. Met zulke goede prestaties en toewijding, ondanks alle tegenwerkingen, zat er dus maar één ding op: Een volledig militaire status toekennen aan de WAAC. Het wetsvoorstel werd door President Franklin D. Roosevelt ondertekend op 1 juli 1943, en op 1 september 1943 ging hij officieel in. De Women’s Army Corps (WAC) was geboren!
Een WAC T/5 verwijdert de WAAC tab patch van de mouw van haar collega n.a.v. de transitie van WAAC naar WAC (1943).
door Emmelie Geeraedts
De verandering van WAAC naar WAC in zomer 1943 betekende ongelooflijk veel voor de WACs zelf, zowel in theorie als in de praktijk. Veel meer nieuwe deuren gingen voor hen open, en niet alleen de Amerikaanse maatschappij ging nu eindelijk zien waar deze vrouwen écht toe in staat waren maar zelfs de hele wereld…
De wet, die op 1 juli 1943 door President Franklin Delano Roosevelt ondertekend werd, waardoor de WAAC de WAC werd, hield in dat deze vrouwen vanaf 1 september 1943 een volledig gelijkwaardige militaire status kregen: gelijke rangen, gelijk loon, en gelijke rechten. Vrouwen mochten nog steeds niet in gevechtsfuncties dienen, maar het was zeker een hele stap vooruit!
De maatschappelijke mening over de WACs was nu ook merendeels positief. De haatcampagne in 1943 had gelukkig amper effect gehad en de steun van beroemde generaals en politici juist des te meer. Daarnaast waren de effecten van de inzet van de WAACs veelvuldig in het nieuws geweest, en dit was ook voor het algemeen publiek in de Verenigde Staten bewijs dat deze vrouwen simpelweg onmisbaar waren én zelfs essentieel waren voor het helpen functioneren van de U.S. Army.
Daarnaast veranderde de leeftijdsmarge voor rekruten van 21-44 jaar naar 20-49 jaar waardoor meer vrouwen zich konden aanmelden. Verder bleven de basiseisen gelijk: goede gezondheid, getrouwd of alleenstaand, zeker 2 aanbevelingen van professionals, in bezit van Amerikaanse staatsburgerschap, geen kinderen onder de 14 jaar, en minimaal 2 jaar ‘high school’ voltooid.
Bij de verandering van WAAC naar WAC kwamen er ook nieuwe rekruteringsposters. Het vrouwelijke aspect bleef benadrukt worden (L), maar ook de serieuze kant van de oorlog werd aangestipt (M). Er werd nu ook opgeroepen voor specifieke afdelingen en beroepen (R): bij de U.S. Army Air Forces (USAAF) verzonnen ze zelfs de bijnaam “Air WACs” om meer vrouwen te trekken!
Ook werd de basic training voor WACs pittiger. De duur ging van 4 naar 6 weken, en WACs die overzees gingen kregen extra training. De specialistenopleidingen en officiersopleiding bleven hetzelfde.
Qua beroepen kwam er heel wat bij voor de WACs. In totaal hebben ze tijdens de Tweede Wereldoorlog in zo’n 800 verschillende beroepen bij de U.S. Army gediend! Naast de traditionelere beroepen die ze bij de WAAC al vervulden, zo’n 200 verschillende soorten, kwamen er dus minder tot niet-traditionele beroepen bij. Je kon WACs tegenkomen in beroepen zoals slager, lasser, elektricien, ‘parachute rigger’, wapenmeester, plaatstaalbewerker, marechaussee, en röntgentechnicus.
Een WAC bakker maakt brood. Dit was één van de traditionelere beroepen die WACs vanaf het begin al mochten doen. | Een WAC wapenmeester aan het werk (Camp Campbell, Kentucky, 1944). Hoewel ze zelf geen wapens mochten dragen, mochten WACs er wel mee werken en er les over geven. |
Uiteraard werden ook de uniformen van de WACs verbeterd. Het waren niet langer de zakkige en oncomfortabele Class A’s die op mannenpatronen gebaseerd waren, maar passende nette uniformen die in verschillende maten en types verkrijgbaar waren. Ook de werk- en velduniformen waren nu echt aangepast aan de vrouwelijke lichaamsvorm. De M43 veldjas voor vrouwelijke militairen had zelfs schoudervullingen en een koord waarmee de taille benadrukt kon worden; helemaal in lijn met de mode van die tijd. En er was zelfs een “off-duty” jurk zodat WACs zich wat vrouwelijker konden voelen tijdens het uitgaan.
Vier WACs bezoeken de Taj Mahal in Agra, Uttar Pradesh (India, 1944-1945). |
Een WAC Technical Sergeant groet Generaal Chiang Kai-Shek en zijn vrouw Madam Soong Mei-Ling tijdens een thee receptie in Chungking (China, 1945). | Het aandeel WACs dat overzees ging groeide ook gestaag. Ze waren nu niet langer nieuwe wereld voor hen open.alleen vertegenwoordigd in Noord-Afrika en het Verenigd Koninkrijk, maar er ging een hele |
WACs gingen ook verder Europa in. Ze dienden buiten het Verenigd Koninkrijk o.a. ook in Frankrijk, België, Italië, en Duitsland. Er werden in totaal 8.316 WACs uitgezonden naar de ETO tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het merendeel diende voorafgaand aan D-Day vooral bij de USAAF in het VK, het enige onderdeel van de U.S. Army dat op dat moment direct betrokken was bij gevechtshandelingen in de Europa.
De eerste WACs op het vasteland van Europa waren de Fifth Army WACs. Deze vrouwen kwamen, via Napels, op 17 november 1943 aan in Caserta. Ze pasten zich naadloos aan in het gebied en aan de omstandigheden, en ze zaten soms slechts 20 kilometer achter het front. Generaal Mark Clark noemde hen “perhaps the best integrated unit in the theater”, en deze 60 WACs kregen zelfs de uitzonderlijke eer om de groene Fifth Army sjaal te mogen dragen.
De eerste WACs die na D-Day in Frankrijk arriveerden waren de vrouwen van de 1st WAC Separate Battalion. Zij arriveerden 38 dagen na D-Day om deel uit te maken van de “Forward Echelon, Communications Zone”. Ook deze WACs floreerden onder oncomfortabele omstandigheden en lieten zien dat vrouwen wel degelijk als militair in oorlogstijd konden dienen. Hun moraal bleef hoog omdat ze bijna altijd direct merkten dat hun aandeel in de ‘war effort’ er echt toe deed.
Op het einde van de oorlog was er geen enkele twijfel meer of WACs mee mochten verhuizen naar andere landen en in meer bijzondere posities mochten dienen, en dus werden de vrouwen ook ingezet in Duitsland in o.a. Frankfurt, Wiesbaden, en Berlijn. WACs waren ook aanwezig bij de Potsdam Conferentie als telefonistes op het zogenoemde ‘Victory Switchboard’, en ze verzorgden daarnaast ook de communicatie tussen President Truman en zijn staf in het Witte Huis. Truman bedankte deze WACs nog in een brief voor hun excellente werk!
WAC T/5 Eleanor berekent de afstand van Hilo, Hawaii, naar haar locatie in het gebied bij San Marco, Italië. Spinola maakte op het moment van fotograferen deel uit van de WAC 6999th Headquarters Platoon uit die de Fifth Army ondersteunde (14 april 1944). | De eerste vrouwen van de 1st WAC Separate Battalion landen op de stranden van Normandië, Frankrijk (14 juli 1944). | WAC T/5 Alma Bradley aan het werk aan een switchboard in de “Little White House”, de residentie van President Harry S. Truman tijdens de Potsdam Conferentie in Duitsland (1945). |
Het is op het moment van schrijven onbekend of er WACs in Nederland hebben gediend. Maar als zij als militairen actief in ons land zijn geweest dan was dit hoogstwaarschijnlijk in Limburg. De enige foto’s van een WAC die in Nederland is geweest zijn die van Private Neeltje Zonnevylle. Zij ging na de bevrijding kort op bezoek bij haar grootouders in haar geboorteplaats Schoondijke in de provincie Zeeland.
foto links: De 25-jarige Neeltje op bezoek bij haar grootouders in 1945. |
Een bijzondere groep die in de European Theater of Operations (ETO) diende was de 6888th Central Postal Directory Battalion die onder leiding stond van Major Charity Adams. Kortweg de “Six Triple Eight” of “6888”. Zij waren zo bijzonder omdat ze de enige groep gekleurde vrouwen waren die buiten de CONUS hebben gediend tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Er was in Europa een gigantische achterstand van maar liefst 17 miljoen poststukken ontstaan en er werd gevreesd voor het moraal van de Amerikaanse militairen daar. De achterstand werd o.a. veroorzaakt door poststukken die slechts een (voor)naam of bijnaam hadden en verder geen of vage informatie. De 6888 kreeg 6 maanden de tijd om de achterstand, die in sommige gevallen maar liefst 3 jaar was, weg te werken. Er was geen enkel systeem om dit te doen dus de vrouwen moesten hun eigen systeem creëren. Het lukte deze WACs om de volledige achterstand in 3 maanden op te lossen.
Bij thuiskomt kregen zij echter helaas niet de erkenning die ze verdienden. Zowel in het burgerleven als in de militaire wereld was er namelijk sprake van racisme dat zichtbaar was door o.a. segregatie. Het was pas in 2022 dat de 6888 de hoogste eer toegekend werd: de Congressional Gold Medal.
Het tweede grote ‘theater’ waar WACs naar uitgezonden werden was de Pacific Theater of Operations (PTO). Zo’n 5.500 WACs dienden er in totaal in dit gebied tijdens de oorlog. De meeste WACs in dit gebied dienden in Australië en New Guinea; overige locaties waren met name Hollandia (Netherlands New Guinea) en de Filipijnen.
De Australiërs waren in het begin niet blij met de WACs aangezien zij de Australische burgervrouwen gingen vervangen. Hierop verspreidde zich het smerige gerucht dat de Amerikaanse vrouwen alleen naar Australië werden gestuurd om als “entertainment” te dienen voor de Amerikaanse officieren. De WAC had in de Verenigde Staten al eerder met dit soort seksisme te maken gehad en de vrouwen waren er absoluut niet van gediend!
Lt. Col. Mary-Agnes Brown, die de leiding had over alle WACs in de PTO, ging na haar promotie als WAC Chief of Theater vrijwel direct op een enorme ‘goodwill’ campagne in Australië om de geruchten tegen te gaan. Ze ging naar theatervoorstellingen, concerten, religieuze diensten, kunsttentoonstellingen, militaire ceremonies, gaf lunches en recepties, was te gast in radioprogramma’s, ontmoette beroemdheden, en werd ook gefotografeerd met een koala. Dit had allemaal een goed effect en de Australiërs hadden een positievere kijk op de WAC gekregen.
Corporal Loretta Hall (L) en haar collega, een sergeant, spelen met wallabies (Australië, 1944-1945). | |
WAC tentenkamp bij Tacloban op Leyte Island (Filipijnen, 27 december 1944). |
Verder waren er nog een aantal veel kleinere ‘theaters of war’ waar WACs gestationeerd waren zoals Alaska en Hawaii, en uiteraard dienden er ook nog steeds WACs in de Continental United States (CONUS). Hoewel ze uiteraard allemaal essentieel waren, was er één groep WACs die deel uit maakten van een wel iets heel bijzonders: het Manhattan Project. Dit was een onderzoeks- en ontwikkelingsproject van de Verenigde Staten in samenwerking met het Verenigd Koninkrijk en Canada om de eerste nucleaire wapens te maken.
422 WACs van de Corps of Engineers maakten deel uit van het Manhattan Project als o.a. stenograaf, typiste, en cryptograaf. Maar sommige talentvolle WACs werden zelfs intern opgeleid tot bijvoorbeeld metallurgisten die zich specialiseerden in keramiek, plastic, en metaal in poedervorm.
De meeste van deze WACs waren gestationeerd in Oak Ridge, Tennessee, of Los Alamos, New Mexico. Ze moesten werken onder buitengewoon strikte geheimhouding en zelfs tegenwoordig is er maar relatief weinig bekend over deze bijzondere vrouwen in verhouding tot andere WACs.
Op het einde van de Tweede Wereldoorlog hadden er in totaal zo’n 150.000 vrouwen bij de Women’s Army Corps gediend. Zo’n 9.655 WACs bleven in dienst, maar de rest verdween terug de burgermaatschappij in.
Later dienden er nog zo’n 11.932 WACs tijdens de Korea Oorlog en zo’n 7.800 tijdens de Vietnam Oorlog waarvan 700 in Vietnam zelf. In 1978 werden alle militaire vrouwenorganisaties definitief versmolten in de reguliere strijdkrachten en hield op 20 oktober 1978 de Women’s Army Corps op te bestaan.
WACs die uit dienst gaan na terugkomst in de VS leggen een beroepentest af tijdens een interview (Fort des Moines, Iowa, 1945-1946). |
De U.S. Army WAC in WO2 – Een Introductie door Emmelie Geeraedts
Stichting Liberty Maastricht bedankt Emmelie voor haar geweldige bijdrage aan onze site









































